Binnen je paritair comité pc 336 werd een sectoraal akkoord gesloten. Een sectorakkoord is belangrijk omdat het geldt voor alle werknemers in de sector, ook in bedrijven waar de vakbondsvertegenwoordiging zwak of onbestaande is. Ook dat is solidariteit!
Dit is in een notendop wat je moet weten tussen 1 januari 2023 en 31 december 2024.
Koopkracht
- Voor de werknemers van de ondernemingen waarin geen regeling van loonindexering wordt toegepast, en van wie het maandloon hoger is dan het minimumloon van de sector, wordt het bedrag van het vast maandloon (begrensd tot een voltijds maandloon van € 3.500 voor een voltijdse werknemer) aangepast op 1 januari 2024 en 1 januari 2025.
Opgelet wel: Effectieve verhogingen van het loon en/of andere voordelen die in de loop van respectievelijk 2023 en 2024 werden of worden toegekend kunnen worden verrekend op de hierboven voorziene loonindexeringen.
- De categorieën 1, 2 en 3 van het minimummaandloon worden vanaf 1 januari 2024 afgeschaft. Vanaf 1 januari 2024 zal categorie 4 van het minimumloon worden vastgesteld als de enige maandelijkse minimumlooncategorie, zonder leeftijds- of anciënniteitsvoorwaarde.
- Het jongerenbarema wordt vanaf 1 januari 2024 afgeschaft.
Eindeloopbaan
Het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (vroegere brugpensioen) lange loopbaan
Het sectorale stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) ‘lange loopbaan' vanaf 60 jaar (40 jaar loopbaan; mits minstens 10 jaar anciënniteit in de onderneming) wordt verlengd voor de periode van 1 juli 2023 tot 30 juni 2025.
- tijdskrediet met motief van 24 maanden voltijds of halftijds voor werknemers met ten minste 3 jaar anciënniteit in het bedrijf;
- tijdskrediet met motief van 36 maanden voltijds of halftijds voor werknemers met ten minste 5 jaar anciënniteit in het bedrijf;
- tijdskrediet met motief van 51 maanden voltijds of halftijds voor werknemers met ten minste 8 jaar anciënniteit in het bedrijf;
Voor werknemers die een functie uitoefenen die niet door een andere werknemer in het bedrijf wordt uitgeoefend, is voor het recht op tijdskrediet altijd de voorafgaande toestemming van de werkgever vereist.
Tijdskrediet
Verlenging van het systeem van landingsbanen 1/5de vanaf de leeftijd van 55 jaar en halftijds vanaf de leeftijd van 55 jaar, voor de periode van 1 juli 2023 tot 30 juni 2025.
Opleiding
Voor een voltijdse werknemer:
In bedrijven met minstens 5 en minder dan 10 werknemers:
- Vanaf 1 januari 2024: 1 individuele opleidingsdag per jaar.
In de bedrijven met minstens 10 en minder dan 20 werknemers:
- Vanaf 1 januari 2023: 1,5 individuele opleidingsdag per jaar;
- Vanaf 1 januari 2026: 2 individuele opleidingsdagen per jaar.
Enkel in de ondernemingen met 20 werknemers of meer:
- Vanaf 1 januari 2023: 3 individuele opleidingsdag per jaar;
- Vanaf 1 januari 2024: 3,5 individuele opleidingsdagen per jaar;
- Vanaf 1 januari 2026: 4 individuele opleidingsdagen per jaar;
- Vanaf 1 januari 2028: 4,5 individuele opleidingsdagen per jaar;
- Vanaf 1 januari 2030: 5 individuele opleidingsdagen per jaar.
Het is de verantwoordelijkheid van de werkgever om opleidingsdagen tijdens de werkuren aan te bieden. Als de opleiding buiten de arbeidstijd plaatsvindt, moet de werkgever de werknemers een gelijke compensatie in arbeidstijd toekennen; de verplaatsingskosten van de werknemer die betrekking hebben op de opleidingsdagen komen voor rekening van de werkgever.
Mobiliteit
Vanaf 1 januari 2024 zal aan een regelmatige gebruiker van de fiets voor woon-werkverkeer een fietsvergoeding van 0,27 cent per effectief afgelegde kilometer, met een maximum van € 10,80 per arbeidsdag, toegekend worden.
De vergoeding is niet cumuleerbaar met andere tussenkomsten op het woon-werktraject, met uitzondering van de tussenkomst voor openbaar vervoer.
Wil je meer informatie over jouw sector? Spreek dan je BBTK-afgevaardigde aan of contacteer je afdeling.
Samen sterk!